Workshop Begrijpelijke taal
helder leren communiceren binnen twee uur
Een praktische en interactieve workshop-op-maat voor jou en je collega’s.
- Duur: 2 uur
- Vorm: bij jullie op kantoor
- Prijs: op aanvraag
Je weet dat jullie taalgebruik van een te hoog niveau is. Soms hoor je dat zelfs terug, maar ja, goede raad is duur. In deze workshop leer je samen met je collega’s helder te communiceren met cliënten of patiënten. We gebruiken daarvoor jullie eigen teksten.
Wat heb ik te bieden?
Wat leer je in de workshop Begrijpelijke taal?
Je leert hoe je een boodschap kort, bondig en helder formuleert voor jouw doelgroep.
Wat staat er op het programma?
- Complexe taal herkennen aan de hand van de theorie van begrijpelijke taal
- Kritisch kijken naar jullie eigen teksten
- Herschrijven van jullie eigen teksten, samen en individueel
Sluit deze training niet aan op wat je nodig hebt? Kijk dan ook eens bij de training Schrijfvaardigheid/Begrijpelijke taal (B1).
Wat eerdere deelnemers over deze workshop Begrijpelijke taal schreven
Een groep notarissen van de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie Ring Zeeland-West-Brabant volgde de workshop ‘Begrijpelijke taal’ in februari 2023.
“Chiara maakte een waar feestje van de workshop ‘Klare taal’. Met ongekend enthousiasme nam zij onze groep van notarissen mee in de wereld van begrijpelijke taal. Een uitdaging op zich! De sprekende voorbeelden, interactieve benadering en nuttige tips maakten deze workshop tot een groot succes. Een echte aanrader. Dank, Chiara.”
Voorzitter Anthonine Arts-Zetteler, kandidaat-notaris Personen- en Familierecht, februari 2023
Opdrachtgevers van deze spellingstraining
Even kort over 'watermeloenwoorden'
Naast B1-taal is er nog een ander element waar je als schrijver van een tekst rekening mee moet houden: de eenduidigheid in betekenis. Als je aan tien mensen vraagt om een watermeloen te omschrijven, dan zeggen ze alle tien: “Oh, die is groot en rond en groen. En van binnen rood met zwarte pitjes.” We zouden in onze teksten alleen maar watermeloenwoorden* moeten gebruiken, zodat we allemaal hetzelfde bedoelen. De praktijk is anders. Als een arts bijvoorbeeld zegt: “U wordt nog drie maanden na de ingreep vervolgd”, dan denkt de patiënt aan iets heel anders dan zijn dokter. En wat dacht je van: noodweer, instrumenten, eiwit… zijn dit watermeloenwoorden?
*met dank aan Ionica Smeets